De Burcht van Bouillon
Het kasteel van Bouillon, gelegen op drie rotsen boven de Semois, met zijn doolhof van gangen en grote gewelfde zalen, wordt beschouwd als het oudste en interessantste overblijfsel van het feodalisme in België.
De Oorsprong
De oorsprong van de eerste vestingwerken dateert uit de 8e eeuw.
Het werd onsterfelijk gemaakt door Godefroid, leider van de eerste kruistocht (1096) en avant-garde van het Heilig Graf, die het kasteel huurde van het aartsbisdom Luik om zijn expeditie naar het Heilig Land te financieren.
De voorzieningen
Tenslotte werd het onder de oorlogen van Lodewijk XIV door Vauban uitgebreid en tot 1830 door het leger bezet.
Maar naast de historische rijkdom, die werd gevoed door de legendarische Godefroid de Bouillon, is het veel meer dan een sprong in het verleden die u zult maken wanneer u de voormalige hertogelijke stad bezoekt.
De militaire rol
Deze uitkijkpost behoorde toe aan de familie Ardenne-Verdun, die ook het Château-le-Duc uitbaatte, een ommuurd landgoed van 2 ha aan de westelijke rand van het bos van Menuchenet op de hoogten van Bouillon, tussen Mogimont en Ucimont. In het begin van de 11e eeuw behoorde het tot het bezit van de hertog van Lotharingen, Gozelon I, achter-achter-oom van Godfried van Bouillon. Godfried II de Baardige, zoon van Gozelon, versterkte de heuvel onder de dreiging van de Normandische invallen, die het toekomstige versterkte kasteel van Bouillon zou worden.
Dit fort is ook strategisch vanwege zijn geografische ligging in de Ardennen tussen Parijs, Luik en Aken. Het kasteel was de afgunst van zowel de Franse als de Heilige Roomse kronen! Ook de stad Bouillon, een kleine marktstad tussen de rotswand en de Semois, ligt eronder.
Toerisme
Laat u leiden door de herinnering aan de ridders en verrassen door het ballet van roofvogels in de open lucht. Twee tentoonstellingen stellen deze roofvogels voor en de evolutie van het schrift van de Middeleeuwen tot vandaag (Scriptura).
De lange rotsachtige bergkam die door de lus van de Semois is ontstaan, werd reeds in de Gallische periode bezet door een versterkt kamp op de plaats die Ramonette wordt genoemd. Deze heuvel, een soort uitkijktoren met een diameter van 9 meter, kijkt uit over de Semoisvallei en is omgeven door in de rots uitgehouwen greppels.